Ze is 12 jaar, HSP en heeft al een traject achter de rug bij een collega, met dezelfde werkwijze, maar zonder paarden. Ze begon met een 5 en voelt zich nu als een 9. Geweldige sprong die ze heeft gemaakt; bevestigt ook haar moeder. Maar ze wilde heel graag toch ook nog een keer het werken met de paarden ervaren. Wat zouden die haar nog kunnen vertellen. Dus zo gezegd, zo gedaan: vandaag kwam ze naar Scherpenzeel met haar moeder, wat toch een uur rijden is van waar zij wonen.
Wat kom je eigenlijk doen, vraag ik haar gekscherend. Ja, dat wist ze eigenlijk ook niet, behalve dat ze het graag eens wil ervaren. Dus stel ik voor om gewoon maar naar de paarden te gaan en te kijken wat die haar te vertellen hebben. We hebben wel een voorgesprek gehad natuurlijk en er is wat gedoe op school, pesterijen vooral. Dus er komen wel wat ingangspunten bij mij naar boven, maar die laat ik op de achtergrond. Ik kijk zelf ook maar gewoon wat er komt. Eenmaal bij de paarden vraag ik welk paard of welke paarden haar aanspreken. Ze wijst er 2 aan, Brentje en Maistro, die dikke vrienden zijn met elkaar. Hoe mooi is dat als begin.
We gaan naar Brentje en ik vraag haar om contact te maken, gewoon op haar manier. Ze doet een stap naar voren, aarzelt, stapt weer terug, strekt haar hand uit naar het paard en trekt het toch weer terug. Ik vind dit lastig, zegt ze. Ik wacht eigenlijk altijd tot de ander contact maakt. Dat doet ze omdat ze dan niet afgewezen kan worden, blijkt als we een beetje doorpraten erover. Ergens speelt er schaamte mee. Toch zou ze het wel graag willen, contact met Brentje. En ze voelt ergens dat ze wel weet hoe dat moet, maar ze kan niet bij het antwoord. Het komt niet in haar op.

Aangezien ze een HSP is, weet ik dat ze vooral gericht zal zijn op de ander en niet zozeer op haarzelf. Als ik haar vraag hoe het voelt met het paard, voelt het fijn. Hij voelt prettig, veilig. Als ik haar vraag waar ze dat zelf voelt, voelt ze dat met name in haar hoofd. Dat kan inderdaad, maar meestal voelen we dat soort dingen ergens anders in ons lichaam en het kan maar zo, dat ze daar niet goed bij kan nu. Een goede manier om weer bij jezelf te komen en jezelf weer te voelen, is door te aarden. Dus doen we samen een aardingsoefening. Na de aardingsoefening voelt ze zich sterker, steviger en als ik haar nu dezelfde vraag stel, waar ze dat voelt, dat met Brentje, dan is dat in haar hartstreek. Ik vraag haar opnieuw om contact te maken en nu doet ze zekerder haar stap naar voren. Maar ondanks dat ze zich wel sterker voelt en daarmee meer daadkracht heeft, weet ze nog niet zo goed hoe ze dan contact kan maken. Brentje reageert ook niet echt. Hoe zou dat gaan, contact maken? Nadat ze weer even contact heeft gemaakt met de aarde, weet ze: iets met mijn hart. Ik vraag haar hoe het met haar hart zit, is dat open of gesloten eigenlijk? Ze geeft aan dat ze afwachtend is, gesloten en stil en mensen maar moeilijk dichtbij laat, dus haar hart is redelijk gesloten als het om contact met anderen gaat. Durft ze haar hart misschien een klein beetje op een kiertje te zetten om te zien wat er dan gebeurt? Dat is het fijne van werken met paarden, van schaamte hoeft geen sprake te zijn toch? Nee dat is zo en ja, dat wil ze wel proberen.
Het mooie van zo’n intrinsiek wijs kind is, is dat ze als vanzelf weet hoe dat moet. Ze zet haar hart op een kiertje, terwijl ze een stap naar voren doet en Brentje tilt zijn hoofd op om even aan haar te snuffelen. Wat gebeurt er nu? Als ik mijn hart openstel, dan komt ie naar me toe! Doe het nog maar eens en misschien durf je het nog een stukje verder te openen? Dat doet ze en daar komt Maistro er helemaal bij en van achteren komt Job eens bij haar kijken. Hoe mooi is dat!
Maar dan komt daar plotseling Querida, die jaagt iedereen weg en begint te eten uit het hooinet waar we bijstaan. Ik zie dat ze een stap achteruit doet en vraag haar wat er met haar gebeurt. Querida doet haar denken aan het meisje op school, die het ergste pest en ook altijd de baas wil spelen. Gelijk is ze ook de aarding kwijt. Dus we doen het opnieuw, maak maar contact met je lichaam en via je lichaam met de aarde, veranker je maar en groei maar die wortels in de grond als een boom. Daar staat ze weer stevig in haar paardrijlaarzen, die ze speciaal voor vandaan aan heeft gedaan. Wat zou je willen doen als Querida dat meisje is? Ik zou willen dat ze weggaat. Ik vraag haar om dat dan maar te laten gebeuren. Stuur haar maar weg op jouw manier. En daar gaat ze! Querida loopt weg naar een andere hooizak. Hoe heb je dat gedaan vraag ik. Geaard met mijn hart op een kiertje heb ik gezegd in mezelf dat ik wil dat ze weggaat. Zo eenvoudig kan het zijn! Dat kan niet, denk je misschien als je dit leest? Het wordt nog mooier. We gaan een beetje rondwandelen tussen de paarden waarbij ik vraag vooral geaard te blijven. Op een gegeven moment komen we bij Querida, die nu bij haar vriend staat te eten, en ik vraag haar het nog eens te doen. En nog een keer gaat Querida opzij en gaat aan de andere kant van haar vriend staan…. En dit is geen merrie die zo maar voor je aan de kant gaat.
Er is nog wat tijd en ook nog wel ruimte om nog wat meer te ervaren, dus ik vraag haar of er nog een paard is waar ze wel even naar toe wil. Ze kiest Wouter, de Haflinger, die verderop bij het hek staat te dutten. Opnieuw dezelfde vraag en ze doet een pas naar voren en strekt haar hand uit. Maar Wouter reageert niet of nauwelijks. Dit vindt ze heel lastig, daar komt het gevoel van afwijzing naar boven. Als ze het nog eens doet, doet Wouter zelfs een stap opzij. Dat voelt nog meer als afwijzing! We bespreken wat Wouter eigenlijk aan het doen is en wat hij vindt van haar aanwezigheid. Hij slaapt en hij vindt het wel fijn dat ik hier sta, geloof ik. Hoe zou het zijn als je hier gewoon dan zo met hem even kunt zijn, in contact, terwijl hij hier slaapt? Dat lijkt haar ook heel fijn en dat doet ze dan ook even. Zo komt ze even later tot de conclusie dat iemand misschien wel een slechte dag heeft of dat iemand even ergens anders mee bezig is, als er niet of niet zoals verwacht wordt gereageerd op haar verzoek om contact. Dat het heel goed zo kan zijn, dat dat niet over haar gaat, maar over die ander. Dat het ook zo kan zijn, dat de ander behoefte heeft aan een ander soort contact op dat moment, zoals Wouter het wel heel prettig vond om samen even te slapen of te zijn, maar niet om iets te doen.
We lopen terug naar de pipowagen waar haar moeder op haar zit te wachten. Ze is een stuk stiller dan ze was toen we begonnen. Rustiger ben ik, maar ook heel moe. Ze heeft geleerd dat als ze geaard is, ze sterker is en dat als haar hart opent, de paarden naar haar toe komen. Dat zijn de twee belangrijkste lessen van vandaag. Er is nog veel meer gaande in het hoofd en lijf merk ik. Haar huiswerk is om tenminste 2 x per dag te aarden, bij opstaan en bij het naar bed gaan, waarbij ze bij het naar bed gaan ook nog dat wat niet van haar is, terug kan geven aan de aarde. Dan gaat ze ‘schoon’ slapen. Ik ben benieuwd wat de ervaringen van vandaag haar verder nog gaan brengen. Haar moeder belooft me over een tijdje een update te sturen en ze komt mogelijk nog eens terug in een vakantie. Je bent van harte welkom!

Comments